Kleurrijke ontmoetingen in Angola
Angola kent een grote verscheidenheid aan authentieke, tribale bevolkingsgroepen. In het zuidwesten wonen kleurrijke groepen zoals de Ovamwila, Ovahanda, Ovakuvale, Ovahakaona, Ovadhimba, Ovatwa en de Ovahimba, met hun opvallende haardos. In het zuidoosten wonen de Khoisan en de Nganguela. Het binnenland is alle tinten groen met tropisch regenwoud, savannes en uitgestrekte grasvlakten. Grote rotsformaties zorgen voor indrukwekkende watervallen. Aan de Atlantische kust bij Benguela en Lobito liggen paradijselijke stranden met palmen en zandsteenformaties omzoomd. Het Serra da Chela-gebergte – oprijzend uit een kilometers diepe kloof – biedt een spectaculair uitzicht over de Namibwoestijn bij het uitkijkpunt Tundavala.Where the world can't find you...
Zes nationale parken
Daarnaast is Angola rijk bedeeld door moeder natuur. Het land telt zes nationale parken, met als meest bekende Iona en Kissama (Quicama), Luengue-Luiana en Cangandala. Het eerste staat bekend om zijn zandduinen en rotsformaties, het tweede om zijn olifanten, giraffen, zebra’s, wildebeesten en antilopen, het derde vanwege de ongerepte wildernis en grote kuddes olifanten, buffels, antilopen en roedels Afrikaanse wilde honden, leeuwen en hyena's. Het vierde park is de thuisbasis van het nationale symbool van Angola, de reuzensabelantilope. De koloniale erfenis van de Portugese overheersing is een belangrijke gegeven: vanuit Lubango passeert u het standbeeld van Christo Rei, voordat u de Leba-pas afdaalt naar het koloniale stadje Namibe (Moçâmedes).












